30
<30
3. Structurele exploitatieruimte
1,09
-1,89
>0,6
<0,6 / >0
0
4. Grondexploitatie
n.v.t.
n.v.t.
Geen norm
5. Belastingcapaciteit
161
160
<100
>100 / <120
>120
1. Netto schuldquote
De netto-schuldquote vergelijkt de leningen van de gemeente (met aftrek van de geldelijke bezittingen) met de totale baten van begroting en jaarverslag. Hiermee geeft deze indicator inzicht in de mate waarin de begroting 'vastligt' voor door rente en aflossing. De bovenstaande tabel presenteert hiernaast ook de schuldquote gecorrigeerd voor de leningen die de gemeente heeft uitstaan (deze middelen vloeien immers op termijn terug, bijv. SVN-startersleningen en ambtenarenhypotheken. Op beide indicatoren scoort de gemeente Wassenaar negatief, dat betekent dar er per saldo geen sprake van een schuld is maar van bezit hetgeen uiteraard meer dan 'voldoende' scoort.
2. Solvabiliteit
De solvabiliteit geeft de mate aan waarin de gemeentelijke bezittingen (balanstotaal) is gefinancierd uit eigen middelen (eigen vermogen). Wassenaar scoort met 67% volgens de VNG-normen meer dan 'voldoende'.
3. Structurele exploitatieruimte
De indicator 'structurele exploitatieruimte' geeft aan hoe groot de structurele vrije ruimte (structurele baten min structurele lasten) zich verhoudt tot de totale begrotingsbaten. Dit laat zien in hoeverre de gemeente in staat is om structurele tegenvallers op te vangen. De Wassenaarse begrotingsruimte is gedaald ten opzichte van het jaarverslag 2017 en is volgens de VNG-normen onvoldoende. Het college is zich hiervan bewust en bekijkt voor de komende periode hoe de structurele lasten omlaag gebracht kunnen worden, dan wel de structurele baten verhoogd kunnen worden.
4. Grondexploitatie
Het financiële kengetal 'grondexploitatie' geeft aan hoe groot de investeringen in grondposities (boekwaarde) zijn ten opzichte van de jaarlijkse baten. Wassenaar kent geen grondexploitaties derhalve is deze indicator niet relevant.
5. Belastingcapaciteit
De indicator 'belastingcapaciteit' drukt uit hoe de woonlasten (OZB, afvalstoffenheffing en rioolheffing) zich verhouden tot het gewogen landelijk gemiddelde. Hoge woonlasten ten opzichte van het landelijk gemiddelde drukken uit in hoeverre de gemeente al de eigen inkomsten aanspreekt en dus ook beperkt is in het verkrijgen van extra inkomsten. Woonlasten onder het landelijk gemiddelde waardeert VNG als 'voldoende', woonlasten tussen het landelijk gemiddelde en 120% hiervan als 'matig' en woonlasten hoger dan 120% als 'onvoldoende'. De woonlasten in Wassenaar liggen hoger dan het landelijk gemiddelde en ook de ontwikkeling van de woonlasten ligt ten opzichte van 2018 iets hoger dan gemiddeld.
Conclusie voor de financiële positie
De ontwikkeling van de kengetallen geeft aan dat Wassenaar een uitstekende vermogenspositie heeft en geen risico loopt op (niet ingenomen) grondposities. Daar tegenover wordt geconcludeerd dat de lastendruk landelijk vergeleken hoog is en dat de exploitatie structureel versterkt dient te worden.